Geef je borstvoeding en is het nodig dat je medicijnen gebruikt? Het kan gaan om vrij verkrijgbare medicijnen en/of door je arts voor geschreven medicatie.
Je kunt zorgen hebben of je medicijngebruik wel samen gaat met het voeden van je kindje. Daarnaast kan het zijn dat het je afgeraden wordt om door te gaan met borstvoeding als je bepaalde medicijnen gebruikt. Dat laatste is vaak onterecht.
Zorgen of adviezen om te stoppen met borstvoeding terecht?
Hoeveel, hoe vaak en voor welke periode wordt het medicijn gebruikt speelt een rol, naast de leeftijd en gezondheid van de baby. Feit is dat van de meeste medicatie slechts een kleine hoeveelheid in moedermelk terecht komt. Het effect van het niet geven van borstvoeding op moeder en kind moet mee genomen worden in de beslissing al dan niet door te gaan met borstvoeding geven. Deze impact is groot, helaas wordt hier soms te makkelijk aan voorbij gegaan.
Sommige medicijnen kunnen de melkproductie verminderen of juist stimuleren, wat een ook aandachtspunt is.
Standaard medicijninformatie, zoals in de bijsluiter staat, levert je niet altijd genoeg informatie op. Lareb biedt uitleg en informatie over geneesmiddelen en borstvoeding met de mogelijkheid tot stellen van vragen. Andere betrouwbare websites met wetenschappelijke informatie over medicatie en borstvoeding zijn Lactmed, Thomas Hale, E-lactancia en Embryotox. Deze websites zijn niet in het Nederlands, maar zijn wel betrouwbare bronnen met veel achtergrond informatie en bronvermelding.
Informatie op een rijtje
1. Raadpleeg een zorgverlener: bij voorkeur een arts die gespecialiseerd is in borstvoeding of een lactatiekundige. Zij kunnen beoordelen of het medicijn dat je moet nemen veilig is tijdens de borstvoeding.
2. Overweeg alternatieven: Soms zijn er alternatieve medicijnen beschikbaar die veiliger zijn voor borstvoeding dan andere. Vraag je zorgverlener of er andere opties zijn die je kunt proberen.
3. Timing van medicatie: Als je medicijnen moet nemen, kan het handig zijn om de dosis net na een borstvoedingssessie in te nemen. Hierdoor kan de concentratie van het medicijn in je melk verminderen tegen de tijd dat je baby weer moet eten.
4. Monitor je baby: Let goed op de reactie van je baby op de borstvoeding en eventuele veranderingen in zijn of haar gedrag of gezondheid. Als je merkt dat je baby ongewone symptomen vertoont, zoals prikkelbaarheid, slaperigheid of andere veranderingen, raadpleeg dan onmiddellijk een zorgverlener.
5. Wees bewust van medicijninformatie: Controleer de medicijninformatie en bijsluiter voor aanwijzingen over borstvoeding en de mogelijke effecten op de baby of melkproductie.
Het is belangrijk om open en eerlijk te communiceren met je zorgverlener over je intentie om borstvoeding te blijven geven en de medicijnen die je moet nemen. Samen kunnen jullie beslissen wat het beste is voor jou en je baby en welke stappen nodig zijn om de veiligheid en gezondheid van beiden te waarborgen. Als je er zelf niet uit komt kun je ook om een consult te vragen bij een hierin gespecialiseerde lactatiekundige IBCLC. Zij kan je helpen met je zoektocht naar de juiste informatie, gebaseerd op de laatste wetenschappelijke inzichten met respect voor jouw borstvoedingsrelatie met je kindje.
Zelf opzoeken
Let op dat je bij het zoeken naar informatie wel de naam van de werkzame stof (generieke naam) gebruikt en niet de merknaam. Informatiebronnen met literatuurverwijzing.
